We krijgen steeds meer informatie te verwerken. Daarom lezen we steeds minder goed. We lezen niet, we scannen teksten. Om daarbij aan te sluiten, is het van belang om klantgericht te schrijven. Bij klantgericht schrijven hoort actief schrijven. En onderdeel van actief schrijven is dat je de lijdende vorm vermijdt. Maar wat is de lijdende vorm? En hoe zorg je ervoor dat je deze zo min mogelijk gebruikt? Dat leggen we je graag uit.
Bedrijvende vorm = actieve vorm
Om de lijdende vorm uit te leggen, leggen we je eerst uit wat de bedrijvende vorm is. In een zin in de bedrijvende vorm is het onderwerp gelijk aan de persoon of zaak die de in het gezegde uitgedrukte handeling verricht (bron: taaladvies).
Bijvoorbeeld:
De auto trok hard op. -> ‘de auto’ = onderwerp (zaak) en deze verricht de handeling
De man liep naar zijn auto. -> ‘de man’ = onderwerp (persoon) en deze verricht de handeling
In de bedrijvende vorm staat de persoon of de zaak die het doet centraal. Daarom wordt de bedrijvende vorm ook wel de actieve vorm genoemd.
Lijdende vorm = passieve vorm
In de lijdende vorm staat niet de persoon of de zaak die het doet centraal, maar dat wat gedaan wordt.
Bijvoorbeeld:
De deur wordt dicht gedaan. -> niet de deur verricht de handeling, maar iets of iemand. Het maakt ook niet uit wie of wat de deur dicht doet. Het gaat erom dat de deur dichtgedaan wordt.
Omdat niet de persoon of de zaak centraal staat, maar dat wat gedaan wordt. Daarom wordt dit ook wel de lijdende vorm of passieve vorm genoemd.
Waarom lijdende vorm vermijden?
Als je voortdurend de passieve vorm gebruikt, maakt dat je teksten statisch. Vandaar dat wetenschappelijke publicaties of ambtelijke teksten vaak statisch of saai zijn, omdat ze vaak in de passieve vorm zijn geschreven.
Daarnaast maakt de passieve vorm een tekst onpersoonlijk. De persoon of zaak die de handeling verricht verdwijnt namelijk naar de achtergrond. Dat maakt een tekst onpersoonlijk.
Tot slot zorgt veelvuldig gebruik maken van de lijdende vorm ervoor dat een tekst ingewikkeld en lastig leesbaar is. Het is niet fout om de passieve vorm te gebruiken, maar voor de leesbaarheid is het beter om de bedrijvende vorm te gebruiken.
Nut van de lijdende vorm
Je hoeft de passieve vorm niet helemaal te vermijden. Soms kan het nuttig of wenselijk zijn om het wel toe te passen. Bijvoorbeeld als je wilt dat het in je verhaal onduidelijk blijft wie of wat de handeling uitvoert.
Soms is het ook mooier om af te wisselen tussen actieve en passieve zinnen. Daardoor sluiten zinnen beter op elkaar aan. Bijvoorbeeld: ‘Patricia eet de pinda’s niet op. En de pinda’s worden ook niet door Bart opgegeten.’ Dit klinkt beter dan ‘Patricia eet de pinda’s niet op. Bart eet de pinda’s ook niet op.’
Hoe maak je van een passieve zin een actieve zin?
Om klantgericht te schrijven is het dus belangrijk om actieve zinnen te gebruiken. Maar hoe maak je van een passieve zin een actieve zin? Let op zinnen waarin het werkwoord ‘worden’ of ‘zijn’ vervoegd zijn. Dat zijn vaak passieve zinnen. Stel bij zo’n zin de vraag: door wie? Het antwoord daarop is vervolgens het onderwerp van je actieve zin.
Bijvoorbeeld:
De deur wordt dicht gedaan. -> Door wie? Antwoord: door Juliette. De actieve zin is dan: Juliette doet de deur dicht.
Door de lijdende vorm te vermijden, maak je je verhaal makkelijker leesbaar. Dat zorgt ervoor dat lezers je boodschap eerder begrijpen en onthouden. Dat is uiteindelijk het doel van klantgericht schrijven.
Zorg voor een duidelijke structuur
Niet iedereen leest en begrijpt je e-mails altijd even goed. Dat komt omdat mensen tegenwoordig teksten scannen in plaats van ze te lezen. Door op dit gedrag in te spelen, zorg je ervoor dat je e-mails wel goed gelezen en begrepen worden. Maar hoe doe je dat? En hoe zorg je ervoor dat het je minder tijd kost? En … lees verder
Schrijf zakelijke e-mails die gelezen worden
Schrijf je in voor de online training Klantgerichte e-mails schrijven. Je leert daarin hoe je heldere en goed gestructureerde zakelijke e-mails schrijft. De training is praktijkgericht en bevat veel tips.